| 
        
          | 
            
              |  | 
                
                  
                    | Geelschouderwespbij |  
                    | Nomada ferruginata |  
                    | Bijen met een bruinrood of roodachtig |  
                    | achterlijf en opvallende gele schouderbultjes. |  
                    | Lengte: vr 8-10, m 7-9 mm |  
                    | Lees meer |  |  
              |  |  
              |  |  
              |  |  
              | 
 |  
              |  |  |  | 
    
      | -Grafiek en/of kaartje naar T.M.J .Peeters et al.. Waarneming.nl. | 
    
      | Vrouwtje:        kop zwart, met rood gekleurde delen: onder meer de binnenoogrand  tot
        boven aan toe;  antenne rood, bovenkant aan de basis  verdonkerd, scapus helemaal zwart; 
      kop en borststuk dun grijsbruin behaard; borststuk  zwart, met onder meer  2 bruinrode  vlekken op het scutellum (achterkant bovenzijde borststuk) en gele  schouderbulten (bij vleugel impant);  achterlijf bruinrood, basis 1e  tergiet zwart;  2e tergiet met twee ronde, bleek gele  zijvlekken, 3e en 4e soms  met twee kleine bleekgele zijvlekken; 5e   tergiet  met een gele middenvlek; poten bruinrood; lengte . | 
    
      | Mannetje: 
      kop zwart, met geel gekleurde delen: onder meer met een  streep langs de binnenoogrand tot aan de antenne-inplant;  antenne vanaf het tweede lid van onderen rood;  kop en borststuk lang bruingeel behaard;   clypeus en labrum aanliggend sneeuwwit behaard, zijkanten van borststuk  afstaand sneeuwwit behaard; achterlijf rood; 1e  tergiet aan de basis zwart; 2e-4e  tergiet met gele  zijvlekken; 5e  en 6e tergiet  met gele banden; lengte 7-9 mm. | 
    
      | Vliegperiode: 
      eind maart tot half mei (
      begin maart tot eind mei). | 
    
      | Bloembezoek Boswilg, grauwewilg, kleinhoefblad, paardenbloem (Voornamelijk J.Smit, 2012).
 | 
    
      | Voorkomen in Nederland: voornamelijk in het Zuidoostelijke deel van het land. | 
    
      | Koekoeksbijen: Andrena praecox | 
    
      | Samenvatting Peeters, T.M.J., Raemakers, I. P., Smit, Jan: Nomada ferruginata is erg variabel van kleur. Op het achterlijf kunnen gele vlekken aanwezig zijn, maar deze kunnen ook behoorlijk gereduceerd zijn, of zelfs ontbreken.  De soort is in ons land tamelijk algemeen. Uit het westen van het land zijn geen recente gegevens bekend. Ook de gastheeris een algemene soort, die op wilgen vliegt. Nomada ferruginata wordt vaak aangetroffen op enigszins ruige terreintjes zoals spoordijken, bermen, uiterwaarden en over hoekjes. Deze wespbij heeft een tamelijk lange vliegtijd: van begin maart tot eind mei, waarbij het hoogtepunt in april ligt. Van de vangsten van juni en juli is controle gewenst. (Bron onderstaande link nederlandsesoorten) | 
    
      |  | 
    
      | Geelschouderwespbij - Nomada ferruginata (vr) | Terug | 
    
      |  | 
    
      |  | 
    
      | Geelschouderwespbij - Nomada ferruginata (vr) (foto http://www.insects.fi/Hymenoptera/Apidae/Nomada) | Terug | 
    
      |  | 
    
      |  | 
    
      | Geelschouderwespbij - Nomada ferruginata (vr) (foto wikipedia commons) | Terug | 
    
      |  | 
    
      |  |