script language="Javascript1.2">
Klim- en leiplanten ----
Klimplanten zijn in alle soorten, maten en op ieder schaalniveau toe te passen. Ze maken straten groen en het vraagt relatief weinig ruimte.
Klim- en leiplanten vormen eigenlijk een onderdeel van tegel- of geveltuinen. Omdat ze ook als zelfstandig element kunnen worden gebruikt, worden ze afzonderlijk behandeld. Klim- en leiplanten groeien in het stedelijk gebied gewoonlijk tegen allerlei bouwwerken op, maar soms ook om palen en bomen. De planten worden gewoonlijk gebruikt om stenen wanden groen en/of fleurig te maken. Ze worden aangeplant naast de deur en tegen de stenige gedeelten van het huis.
Maatvoering -- De oppervlakte van het plantvlak hoeft niet groter te zijn dan een tegel (0,3 x 0,3 m). De breedte boven het plantvak is afhankelijk van de soorten en het beheer. Planten die jaarlijks worden gesnoeid en goed worden aangebonden, hoeven niet breder te worden dan 0,2 - 0,5 m. Bij geen of te weinig beheer kunnen sommige soorten tot meer dan een meter breed worden. De hoogte hangt eveneens af van soort en beheer. Sommige soorten worden niet hoger dan 3 m, maar er zijn ook soorten die wel 20 m hoogte kunnen halen. De meeste planten kunnen alleen maar worden toegepast bij een regelmatig beheer. In ieder geval moet steeds een wintersnoei plaatsvinden en controle van de bevestiging aan de muur. In het groeiseizoen is ook enig beheer voor de eerste twee meter vanaf de grond aan te bevelen en in sommige gevallen ook noodzakelijk.
Begroeiing -- De huidige begroeiing van gevels bestaat in hoofdzaak uit exoten en cultivars. Veel minder algemeen worden botanische soorten gebruikt en zelden inheemse soorten.

Beeld & gebruik -- Door de aanwezigheid van klim- en leiplanten kunnen straten een metamorfose ondergaan. Vooral als ook gebruik wordt gemaakt van pergola-achtige constructies of andere constructies waardoor groene overspanningen in de straat kunnen ontstaan. Als ze met andere vormen van kleinschalig groen worden toegepast, kunnen ze een zeer sfeervol straatbeeld opleveren.

Fauna -- Achter de bovengenoemde plantennamen is aangegeven voor welke diergroepen ze van betekenis kunnen zijn.

Tuinkamperfoelie wordt voornamelijk door hommels bezocht minder vaak door honingbijen. (Urtecht 1990, 1991)
Klimhortensia bloeit ook goed op beschaduwde plaatsen.((Utrecht 1998)
Brede lathyrus kan als kruidachtige klimplant worden toegepast. Als deze plant zich beter kan hechten blijft hij ook smaller. (Utrecht 1998)
Clematis montana (cultivar) wordt meestal niet druk door bijen bezocht. Het hangt er ook van af welke ander planten er in de buurt voorkomen. Voor de belevingswaarde hoeven niet alle planten perfecte bijenplanten te zijn, combinaties met andere leiplanten zoals klimrozen en vuurdoorn kunnen er voor zorgen dat deze straat van belang wordt voor bijen (Schiedam, Bijdorp 2001).
Bruidsluier is een snelle groeier die voornamelijk bij een hoge luchtvochtiheid bijen aantrekt.
In deze straat zijn verschillende soorten klimplanten geplant onder meer druif. Met betrekkelijk weinig ruimte is een straat groen te krijgen. (Amsterdam 2000)
Klimplanten
Ampelopsis aconitifolia - Wingerd: aug-sep, groenachtig, bloeiwijze een bijscherm; vrucht oranje; donkergroen, handvormig blad. tot 12,0. Vochtige, matig voedselrijke bodems. Zon-beschaduwd. (uitheems); Fauna: Honingbijen.
Bryonia dioica - Heggenrank: Klimplant/vaste plant: jun-sep, groenachtig wit, bloeiwijze okselstandig en trosvormig; bes rood; blad grijsgroen; vormt dikke ondergrondse knollen. 2,0-4,0. droge, voedselarme tot voedselrijke, kalkhoudende, zandige tot zavelachtige bodems; voornamelijk in doornstruwelen en heggen; in duinen, op dijken en langs spoorwegen; sinds 1990 ook vaak in stadsbeplanting. Zon. (inheems); Fauna: Honingbijen, hommels, wilde bijen, vlinders.
Caiophora lateritea - Caiophora: Klimplant, eenjarig tot vast: jul-sep, roze, tot 5-6 cm doorsnee. 2,0-3,0. Weinig over bekend groeit goed op vochtige, matig voedselrijke bodems; niet winterhard en gevoelig voor natte bodems. Zon. (uitheems); Fauna: Honingbijen.
Campsis radicans - Trompetbloem:jul-aug, oranjerood,6-8 cm trompetvormig, bloeiwijze een bijscherm. tot 10,0. Vochthoudende, matig voedselrijke, zwak zure tot kalkhoudende bodems. Zon. (uitheems); Fauna: Honingbijen, hommels.
Campsis tagliabuana - Trompetbloem: jul-aug, oranjerood,6-8 cm trompetvormig, bloeiwijze een bijscherm. tot 10,0. Vochthoudende, matig voedselrijke, zwak zure tot kalkhoudende bodems. Zon. (uitheems); Fauna: Honingbijen, hommels.
Celastrus orbiculatus - Boomwurger: jun-jul, groen, bloem 5-tallig; vruchten met roze zaadmantel en roze tot rode zaden; met windende ranken. tot 12,0. Vochtige tot vochthoudende, schrale tot voedselrijke, kalkarme, bodem (uitheems); Fauna: Honingbijen.
Celastrus scandens - Boomwurger: apr-mei, groengeel, bloem 5-tallig; vruchten met roze zaadmantel en oranjerode zaden; met windende ranken. tot 10,0. Vochtige tot vochthoudende, schrale tot voedselrijke, kalkarme; halfschaduw. (uitheems); Fauna: Honingbijen.
Clematis alpina - Clematis: apr-jun, blauw, bloeiwijze alleenstaand. tot 3,0. Vochtige tot vochthoudende, matig voedselrijke, humushoudende, neutrale, liefst kalkhoudende bodems; wortels rondom de stengels en de stengel basis (tot 30 cm) afdekken met bodembedekkers. zon-halfschaduw (uitheems), Tegel; Fauna: Honingbijen.
Clematis montana - Clematis: , mei-jun, roze of wit, bloeiwijze alleenstaand of een armbloemige bijscherm. tot 10,0. Vochtige tot vochthoudende, matig voedselrijke, humushoudende, neutrale, liefst kalkhoudende bodems. Zon- halfschaduw. Wortels rondom de stengels en de stengel basis (tot 30 cm) afdekken met bodembedekkers. (uitheems), Tegel; Fauna: Honingbijen.
Clematis tangutica - Clematis: aug-sep, geel, bloeiwijze alleenstaand. tot 6,0. Vochtige tot vochthoudende, matig voedselrijke, humushoudende, neutrale, liefst kalkhoudende bodems. Zon- halfschaduw. Wortels rondom de stengels en de stengel basis (tot 30 cm) afdekken met bodembedekkers. (uitheems); Fauna: Honingbijen.
Clematis vitalba - Bosrank: jun-aug, wit, bloeiwijze een losse pluim. Giftiig. tot ca. 25,0. Vochtige voedselrijke of schrale, maar kalkrijke bodems; veelal in bosgebied; bosranden, heggen en in houtige begroeiingen in het stedelijk gebied, verder in allerlei beplantingen langs en bij spoorwegen, kanalen, fabrieksterreinen. Zon. (inheems); Fauna: Honingbijen, hommels...
Clematis x jouiniana - Clematis: jun-sep, blauw met wit, bloeiwijze een tros/bijschermachtig. tot 2,5. Vochtige tot vochthoudende, matig voedselrijke, humushoudende, neutrale, liefst kalkhoudende bodems. Zon- halfschaduw. Wortels rondom de stengels en de stengel basis (tot 30 cm) afdekken met bodembedekkers. (uitheems); Fauna: Honingbijen.
Fallopia baldschuanica - Bruidssluier: jul-okt, wit, bloeiwijze een pluim. tot 15,0. Vochtige tot vrij droge, matig voedselrijke tot vrij schrale bodems; groeit op de meeste bodems op plaatsen waar de plant kan klimmen, vooral in struweel. Zon. (uitheems); Fauna: Honingbijen, hommels.
Hedera helix - Klimop: groenblijvend: h1j, sep-nov, groengeel, bloeiwijze een scherm. tot 12,0. Vochtige, vrij schrale tot voedselrijke bodems; in loofbossen en allerlei houtige beplantingen binnen en buiten de stad; verder zowel van nature als aangeplant tegen muren en over veelal verlaten bouwwerken. Zon-schaduw. (inheems); Fauna: Honingbijen, hommels, wilde bijen, vlinders.
Hydrangea anomala - Klimhortensia: jun-jul, roomwit, met steriele bloemen aan de rand, bloeiwijze een scherm. tot 10,0. Vochtige tot goed vochthoudende, matig voedselrijke, humeuze. zwak zure tot neutrale bodems. Zon.en beschaduwd. (uitheems); Fauna: Honingbijen, hommels.
Lonicera caprifolium - Tuinkamperfoelie: mei-jun, geelwit, bloeiwijze een eindelingse bundel; bes oranjerood. tot 5,0. Vochtige tot vochthoudende, matig voedsel- en humushoudende, niet zure tot kalkhoudende bodems. Zon-halfschaduw. (uitheems); Fauna: Honingbijen, hommels.
Lonicera henry - Groenblijvende kamperfoelie: Klimplant groenblijvend: h2j, jun-jul, geel, bloeiwijze een eindelingse en okselstandige bundels; bes zwartpaars. tot 10,0. vochtige tot vochthoudende, matig voedselrijke en humushoudende bodems. Zon-halfschaduw. (uitheems); Fauna: Honingbijen, hommels, wilde bijen.
Lonicera japonica - Kamperfoelie:jun-sep, wit later geel, bloeiwijze okselstandig enkele bijeen; bes blauwzwart. tot 10,0. Vochtige tot vochthoudende, matig voedsel- en humusrijke bodems. Zon-halfschaduw. (uitheems); Fauna: Honingbijen.
Lonicera periclymenum - Wilde kamperfoelie: jun-okt, geelachtig wit tot sterk rood aangelopen aan de buitenkant, bloeiwijze een eindelingse bundel;vruchten rood; een windende plant. tot 6,0. Zeer vochtige tot vrij droge, voedselarme tot voedselrijke, zwak zure tot kalk- en humushoudende, zandige tot venige bodems; in bossen en struwelen en op kapvlaktes; verder in alle typen kleine schalige houtige begroeiingen zoals houtwallen en singels en openbaar groen; in duingebied vaak als zelfstandige laagblijvende struweelachtige begroeiing met kruipende en opgaande stengels. Zon-licht beschaduw. (inheems); Fauna: Honingbijen, hommels, vlinders
Parthenocissus inserta - Valse wingerd: jul-aug, groen, bloeiwijze clusterachtige trosjes; bes. blauwzwart, bladen handvormig samengesteld. tot 12,0. Vrij droge, voedselrijke bodems; aan bosranden, in duinen en duinachtige terreinen, op spoordijken, spoorwegemplacementen, op allerlei hekken, verlaten fabrieksterreinen. Zon-halfschaduw. (uitheems); Fauna: Honingbijen.
Rosa 'Bobbie James' - Ramblertype: rond jun, roomwit, een zeer snel groeiende klimroos, bloeiwijze een zeer grote pluimachtige clusters. tot 10,0. Vochtige, matig voedsel- en humusrijke, neutrale bodems. Zon. (uitheems); Fauna: Honingbijen, hommels, wilde bijen
Rosa filipes cv. Kiftsgate - Ramblertype: , rond jun-jul, roomwit, een zeer snel groeiende klimroos, bloeiwijze in zeer grote clusters gevolgd met talrijke kleine ronde bottels. tot 10,0. Vochtige, matig voedsel- en humusrijke, neutrale bodems. Zon. (uitheems); Fauna: Honingbijen, hommels, wilde bijen
Wisteria sinensis - Blauwe regen: jun-jul, blauw, bloeiwijze een hangende tros. tot 10,0. Vochtige tot vochthoudende, neutrale, matig voedselrijke, lemige tot kleiige bodems. Zon. (uitheems); Fauna: Honingbijen.