|
Bruinsprietwespbij
Nomada fuscicornis |
| kleine wespbij met een bruinrood achterlijf met zwarte "banden". |
| Lengte: vr 5-7, m 5-8 mm. |
| Lees meer |
|
 |
|
| -Grafiek en kaartje naar T.M.J .Peeters et al.- |
| Vrouwtje:
kop en borststuk verspreid gepuncteerd, met glanzende tussenruimtes; kop zwart, met rood gekleurde delen; soms de antenne van onderen bruin, antenne tamelijk kort en dik; korte beharing op kop en borststuk geelachtig; zijkant borststuk wit behaard; borststuk zwart, met rood gekleurde delen; achterlijf bruinrood, alle tergieten vooraan zwart en achterranden doorschijnend; tergieten gepunteerd; poten rood; lengte 5-7 mm. |
| Mannetje:
kop en borststuk verspreid bestippeld, met glanzende tussenruimtes; kop zwart, kaken geel; antenne aan de onderkant roodachtig; borststuk zwart; achterlijf bruinrood; tergieten vooraan zwart; 2e tergiet met gele vlekken opzij; tergieten grotendeels gepuncteerd; achterranden tergieten aan de zijkant kort, dicht witbehaard; 3e-5e met een witte haarband; poten donker; lengte 5-8 mm. |
| Vliegperiode:
half juni tot eind augustus. |
| Bloembezoek: violgens Westrich (1989) echt bitterkruid, schermhavikskruid, akkerdistel, jakobskruiskruid, gewoon duizendblad, zandblauwtje. |
| Voorkomen in Nederland: vrij algemeen in het zuidoostelijk deel van het land. |
| Koekoeksbijen: kleine roetbij (Panurgus calcaratus) |
| |
| Bruinsprietwespbij - Nomada fuscicornis |
Terug |
 |
| |
Bruinsprietwespbij - Nomada fuscicornis (vr) ( Wolfgang Rutkies http://www.rutkies.de) |
Terug |
 |
| |
| |